• Lichaam

Lactaat of melkzuur: de misvattingen

03Een van de moeilijkste zaken waarmee wetenschappers en trainers geconfronteerd worden is uit te leggen wat er bij een inspanning allemaal gebeurt in het lichaam. Door het ‘versimpelen’ van de uitleg ontstaan er misvattingen, zeker als lactaat of melkzuur het onderwerp van gesprek is.

Zeggen dat lactaat of melkzuur de oorzaak is van vermoeide spieren is een gemakkelijke uitleg bij een complexe theorie over de energiesystemen in het lichaam. Omdat de lactaatwaarde verhoogt wanneer de intensiteit van de inspanning verhoogt en omdat een verhoogde intensiteit gepaard gaat met een verhoogd vermoeidheidsgevoel wordt te gemakkelijk afgeleid dat lactaat de vermoeidheid veroorzaakt. Als je dezelfde redenering zou volgen kan je ook zeggen dat een verhoogde hartslag vermoeidheid veroorzaakt. Dat verband wordt minder snel verondersteld omdat er meer geweten is over hartslag tijdens inspanningen. Zowel de hartslag en de vermoeidheid verhogen bij een toenemende intensiteit, maar we weten dat louter die hartslagverhoging de vermoeidheid niet veroorzaakt. Zo ook geldt dit voor de lactaatwaarde

Laten we eerst een aantal misvattingen op een rijtje zetten:

Misvatting 1: Lactaat veroorzaakt vermoeidheid van de spieren.
Lactaat veroorzaakt de vermoeidheid niet. Het is zelfs een bruikbare en zeer efficiënte energiebron!

Misvatting 2: Melkzuur is hetzelfde als lactaat.
Melkzuur bestaat niet in het bloed. De substantie die wordt aangenomen melkzuur te zijn ontbindt onmiddellijk in lactaat en in hydrogeen. Een lactaatmeter meet de concentratie lactaat in het bloed. Het lichaam verdraagt niet alleen lactaat, maar het verkiest lactaat als energiebron in sommige gevallen zelfs boven glucose (suiker).

Misvatting 3: Het meten van lactaat is betrouwbaar voor het bepalen van prestaties.
Alhoewel de lactaatwaarde geleidelijk verhoogt naarmate de inspanning intensiever wordt, verschilt de mogelijkheid om lactaat als brandstof te gebruiken van persoon tot persoon. Bovendien verandert het bij elke persoon naarmate de getraindheid. De mogelijkheid om lactaat op te nemen als brandstof zorgt er dan weer voor dat de lactaatwaarde bij maximale inspanning ook zeer verschilt van persoon tot persoon. Dit bewijs suggereert dat een vaste lactaatwaarde om de prestatiemogelijkheden van een renner te bepalen (bv. de 2 of 4 mmol lactaatwaarde) geen argument kan en mag zijn om de prestatiemogelijkheden van een renner te bepalen.

Misvatting 4: Het meten van de lactaatwaarde weerspiegelt de opeenstapeling van het biochemisch element H of hydrogeen. Dat H is het vermoeidheidsverhogend element bij inspanningen die niet lang kunnen worden volgehouden.
Lactaat en H worden beiden gevormd bij een anaërobe inspanning. De opeenstapeling van H kan wel bijdragen tot het vermoeidheidsgevoel, maar is niet te beslissende factor.
Om de lactaatwaarde te begrijpen is het van belang om de energiesystemen in het menselijke lichaam te verstaan die ontstaan bij het leveren van een inspanning. Het lichaam levert via verschillende manieren brandstof onder de vorm van ATP aan de spiercellen. Dat ATP zorgt ervoor dat de spieren kunnen samentrekken. De drie energiesystemen zijn het aërobe en het anaërobe systeem en het creatinefosfaat systeem. Het anaërobe proces zorgt voor de vorming van lactaat en H. Lactaat en H gaan hun eigen weg in het bloed. Ze blijven niet gekoppeld. Mocht dat wel het geval zijn dan spraken we over melkzuur. Melkzuur zal je dan ook niet in het bloed terugvinden. Lactaat kan in de cel blijven om energie te leveren of het verlaat de snel om naar actieve en niet actieve cellen getransporteerd te worden waar het op zijn beurt energie levert. De mogelijkheid van een sporter om het lactaat effectief als brandstof te gebruiken hangt af van de aërobe getraindheid van de spieren m.a.w. van de duurtraining waar de spieren op zijn afgesteld. Verder gaat lactaat naar de hersenen en het hart om als brandstof gebruikt te worden en naar de lever waar het wordt omgezet in glucose. De gluconeogenesis is een belangrijke functie van de lever tijdens inspanningen en lactaat is een belangrijke voorloper van dit proces.
Het hydrogeen H dat vrijkomt kan de PH-waarde doen dalen, maar het merendeel van het H wordt gebufferd en simpel uitgeademd door het lichaam in de vorm van CO2. Wanneer de opeenstapeling extreem is dan verstoort het de spiercontracties. Vermoeidheid wordt niet alleen veroorzaakt door de vrijgave van H, maar door een combinatie van verschillende factoren waaronder de opeenstapeling van andere afvalstoffen zoals ammoniak end. Bovendien is het lichaam niet in staat om de spiersamentrekkingen continue te blijven volhouden simpel omdat de spiercellen potasium stelselmatig verliezen.

Om samen te vatten:
Wielrenners denken dat lactaat de basis is van alle kwaad. Dat is niet zo. Lactaat is een belangrijke energiebron voor de cellen. Het is de grootste energiebron voor het aanmaken van glucose in de lever en door de aanpassing van de spieren door gerichte duurtrainingen wordt het meer gebruikt als brandstof in de spiercellen. Net zoals het feit dat renners jaren hebben moeten wennen aan het idee dat rust goed is voor de prestaties, zullen ze moeten accepteren dat lactaat belangrijk is voor het lichaam en dat lactaat op zich niet verantwoordelijk is voor vermoeidheid.