• Training

Overtraining

Hoei - wielrennen - cycling - radsport - cyclisme - Waalse Pijl - Fleche Wallone - sfeer illustratie uitgeput vermoeidheid - foto Wessel van Keuk/Cor Vos ©2007

Overtraining is een vorm van chronische vermoeidheid bij sporters door het te weinig inlassen van recuperatieperiodes tussen de trainingen en wedstrijden. Overtraining mag niet verward worden met vermoeidheid. Wanneer je vermoeid bent, moet je het één of twee dagen rustig aandoen en kan je er daarna terug tegenaan gaan. Overtraining kan dan ook gezien worden als het gedurende een lange tijd negeren van vermoeidheidsverschijnselen. Overtraining zal niet opgelost worden door het inlassen van een korte recuperatieperiode van een tweetal dagen. Overtraining heeft een kettingreactie ontwikkeld in het lichaam waarbij spieren en bloedwaarden dermate ontregeld werden dat ze op enkele dagen niet kunnen hersteld worden.

 

 

Overtraining kan veroorzaakt worden door:

– een te snelle toename van de trainingsduur net voor de aanvang van het wielerseizoen
– te vroeg te starten met de intensieve trainingen
– te weinig aandacht te besteden aan de recuperatie
– te hard te rijden bij recuperatietrainingen
– te lange blokken in te lassen bij intervaltrainingen
– teveel wedstrijden achter elkaar te rijden, te snel de trainingen en wedstrijden te hernemen na een ziekte of blessure
– Overtraining kan ook worden veroorzaakt wanneer de renner onder een te grote druk staat of wanneer de renner met andere vormen van stress wordt geconfronteerd zoals bijvoorbeeld examens, een overlijden, vrouw die zwanger is, relatieproblemen, … .
– Ook ontstekingen zoals tandpijn kunnen lijden tot een proces van overtraining wanneer er te laat een behandeling gestart wordt.

 

Het probleem van overtraining is dat het zo snel mogelijk herkend moet worden, maar dat het meestal te laat is voor de renner of trainer gaat beseffen dat er sprake is van overtraining. Er zijn echter een aantal symptomen waaruit men overtraining kan afleiden: dikke benen, hartslag in rust is veel hoger dan normaal, scherpe daling van lichaamsgewicht, niet goed kunnen eten, slecht slapen, gevoel dat je snel vermoeid bent ook buiten de training, gevoel dat je grieperig bent, herstel na trainingen verloopt abnormaal traag, je hartslag loopt zeer snel op tijdens de training maar je kan je maximale hartslag verre van bereiken, geen zin om te trainen.
Vermits overtraining vaak enkel te bepalen is of bepaald wordt wanneer het vaak te laat is, is het zaak om te anticiperen op vermoeidheid. Dit kan door na een etappewedstrijd zeker een drietal dagen enkel recuperatietrainingen in te lassen, na alle drie weken van training één week relatieve rust in te lassen door enkel extensieve trainingen te doen en ook de duur te verminderen, duidelijk aandacht te besteden aan de hartslag, bij infecties of blessures verplichte rust in acht te nemen, door voor een uitgebalanceerde voeding te zorgen zodat je alle vitaminen en aminozuren opneemt, door voldoende koolhydraten te gebruiken tijdens en na zware inspanningen, door regelmatig je bloed te laten onderzoeken.
Aan een bloedonderzoek kan een dokter perfect afleiden of een renner de neiging heeft tot overtraindheid of dat hij zijn trainingen gewoon kan verderzetten. Een verlaagde hematocrietwaarde en hemoglobinewaarde tezamen met een verhoging van de cortisolspiegel en een verlaging van de testosteronspiegel zijn vaak een aanwijzing dat de renner overtraind is. Ook andere waarden zoals de CPK (spierafbraak) kunnen een duidelijke aanwijzing zijn. Ook een te laag ijzer- en/of B12-gehalte kunnen een teken zijn dat het lichaam op weg is zich te overtrainen. Een slecht bloedonderzoek is bij 90% van de gevallen een aanwijzing dat de renner oververmoeid of overtraind is, maar aan de andere kant wil een goede bloeduitslag ook helemaal niet zeggen dat er niets aan de hand is.